Op vrijdag 21 maart 2014 organiseert CELEVT, in samenwerking met Cure & Care Development (CCD), het middagsymposium
Actuele ontwikkelingen in diagnostiek en behandelingen
Het symposium is bedoeld voor volwassenen die als kind zijn getroffen door chronische traumatisering en hun naasten. Sprekers zijn Hameeda Lakhoo, Nelleke Nicolai, Mariette Groenendijk. Zij gaven eenzelfde bijdrage tijdens het CELEVT- congres van 13 november 2013.
Indien u zich nog in wilt schrijven voor de 2de vrouwenlotgenotendag op 30 november, kunt u dat nog doen tot uiterlijk maandagmiddag 18 november via Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.
Hieronder staat het programma voor die dag in het kort.
Heeft u zich al ingeschreven dan hoeft u niet op deze mail te reageren en ontvangt u tussen 20 en 25 november meer informatie over de locatie, de route daarheen en de parkeermogelijkheden.
Bent u nieuw voor ons, dan nemen wij, na uw aanmelding, tussen 18 en 27 november telefonisch contact met u op.
Programma in het kort:
9.30 Inloop en koffie
10.00 Start plenair programma. Gedicht door Marjan
10.05 Dagvoorzitter Anne Oude Egberink, heet iedereen welkom en vertelt iets over deze dag, de randprogrammering, de huishoudelijke mededelingen en voorstellen medewerkers.
10.15 Interactie met de zaal. Anne interviewt het VPKK over wat er het afgelopen jaar gebeurd is. Zaal kan vragen stellen.
11.00-11.45
Sprekers:
-Daniëlle Hermans over de te verwachtte publicatie van haar boek. Tien van onze lotgenoten die hun ervaringen hebben in nonnen-internaten zijn hier al voor geïnterviewd.
-Oral History Mirjam Huffener, Doret van der Sloot of Josien Pieterse.
Kort zich voorstellen en uitleg over de voorbereiding van hun project Verder perspectief op erkenning (werktitel) waarvoor vrouwen geïnterviewd kunnen worden over hun verstoorde kinderjaren in de RK kerk. Zij vinden de geschiedenis van vrouwen met een verleden van geweld en misbruik in de RKkerk van belang en willen die graag documenteren door middel van interviews die op websites en als documentaire toegankelijk zullen zijn voor wie daarnaar zoekt.
- Marielle van Gemert spreekt over haar moeizame weg naar erkenning, met een onverwachte ontknoping.
11.45 – 12.15 KOFFIEPAUZE
12.15-12.45 Margreet Krottje over hulpverlening en de lacunes
12.45 – 14.00 LUNCH, MUZIEK en randprogrammering
14.00 – 15.45
-‘Ruimte voor verhalen’
3 Kleine groepen (max. 12) in verschillende zalen. Deelnemers kunnen in een kleine, veilige setting hun ervaringen delen en vertellen waar ze tegenaan lopen in hun leven. Daarnaast worden er gelijktijdig 2 workshops georganiseerd.
I Misbruik en geweld door vrouwen binnen de RKkerk
Begeleiding: Annemie Knibbe en Roos
II Misbruik en geweld door mannen binnen de RKkerk
Begeleiding: Maud Kips en Pascale Rademakers
III Partners van misbruikten
Begeleiding: Angelique van Hest
-Workshop: Trauma en Verwerking in beeld gebracht
Trauma, hoe ontstaat dat? Verwerken, hoe doe je dat eigenlijk?
Actieve workshop voor voormalig slachtoffers, hun partners, kinderen, familie, vrienden, hulpverleners en anderen om hen heen. Begeleiding: Marie Louise van Buel en Marjan van der Kooij.
-Workshop: Welke eisen stel je aan je hulpverlener. Ja, dat mag!
Martijne Rensen
Voor hen die gewoon rustig koffie willen drinken en onderling praten is er alle ruimte in de grote hal
Diverse activiteiten: De Vuile Was, De Waar-zeggers (foto’s), Boekentafel, Informatietafel.
Koffie, thee en lekkers in de zalen ipv theepauze
15.45 – 16.00 Afsluiting. Gedicht door Marjan
16.00 Café Samenzijn met DJ’s Ingrid en Agnes
17.00 Uitzwaaien van onze gasten
Met vriendelijke groet,
Marie Louise van Buel,
secretaris, organisator lotgenotendagen VPKK
Beste vrouwen,
Zoals u al heeft kunnen lezen in de laatste nieuwsbrief, zal er op 30 november aanstaande weer een Vrouwen Lotgenotendag zijn in Utrecht. Dankzij Slachtofferhulp Nederland kunnen we u deze dag kosteloos aanbieden op dezelfde locatie als in april en worden we daar weer uitstekend verzorgd.
Het programma is bijna rond en er is rekening gehouden met de behoefte om meer met elkaar te kunnen spreken.
Een aantal dingen die vorige keer op het programma stonden, zijn er nu ook, aangevuld met nieuwe sprekers en een nieuwe workshop.
Ook deze keer zijn uw eventuele partners, volwassen zoon of dochter, vriend, vriendin, mantelzorger etc. weer welkom en zal er voor hen ook meer dan genoeg aandacht zijn. U kunt allemaal 1 persoon uitnodigen mee te komen, mocht u toch iemand extra mee willen nemen, dan graag even contact met mij hierover.
Voor het allemaal zover is moet er nog het een en ander gebeuren.
Van 1 ding zijn we afhankelijk van u.
Uw aanmelding, want alleen dan kunt u deelnemen.
Uiteraard ook de gegevens van degene die u zal vergezellen die dag.
Vanaf nu kunt u zich via dit mailadres aanmelden: Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.
Vermeld bij uw aanmelding eventuele dieet wensen, dan kan de keuken daar zoveel mogelijk rekening mee houden.
Voor degene die nieuw zijn of er in april niet bij konden zijn, de locatie is direct aan het NSstation Utrecht Centraal.
We sturen iedereen alle informatie over hoe daar te komen na aanmelding tot deelname.
Ik zie uit naar uw aanmeldingen en nog meer naar u te kunnen ontvangen op 30 november.
Hartelijke groet namens ons hele team,
Marie Louise
Vooraf
Aan de installatie van de Cie. Deetman is in de loop van 2010 veel aandacht gegeven in kranten, op tv en op de radio. Behalve Deetman kwamen vooral veel mannen in die media aan het woord, mannen die in hun jeugd waren misbruikt tijdens hun verblijf op een kostschool of tehuis. Deetmans herhaalde oproepen om te melden bleven niet zonder gevolg: veel mannen die zich in de verhalen herkenden, meldden zich. Er meldden zich ook vrouwen, maar zij bleven ver achter. Het eerste rapport van de Cie. Deetman bevestigde dan ook het beeld: misbruik binnen dr RR kerk in Nederland leek vooral jongens in internaten te hebben getroffen. Terecht is de heer Deetman vervolgens verzocht nogmaals een onderzoek te doen en zich nu specifiek op vrouwen te richten. Daarnaast werd hem gevraagd ook onderzoek te doen naar ander excessief geweld tegen kinderen binnen de RK kerk - ook dat was in het eerste onderzoek nauwelijks belicht.
Tweede onderzoek
Aan dit tweede onderzoek is door de Cie. Deetman nauwelijks publieke aandacht besteed. Er is een kort persbericht van de Cie. uitgegaan waarin melding werd gemaakt van een e-mailadres, en vervolgens kon men gedurende ruim een maand op dit adres een melding doen. Het contrast met het eerste onderzoek was ook overigens groot. Gedurende het eerste onderzoek zijn vertegenwoordigers van lotgenoten en lotgenotengroepen meerdere malen uitgenodigd bij de Cie. Deetman om informatie uit te wisselen. Op grond van deze contacten heeft de Cie. bijvoorbeeld ook een tussenrapport uitgebracht, waardoor nog lopende het onderzoek een begin gemaakt werd met het opstellen van een nieuwe klachtenregeling aangaande seksueel misbruik van minderjarigen binnen de RK kerk.
Vertegenwoordiging vrouwen
Al vanaf vóór het begin van het tweede onderzoek hebben wij de Cie. gevraagd met een delegatie vrouwen te overleggen en informatie uit te wisselen. Wij waren inmiddels op de hoogte van een langzaam groeiend aantal vrouwen, die zich nu pas begonnen bewust te worden dat het in Deetmans onderzoek niet uitsluitend om mannen ging en niet uitsluitend om geweld. Wij wilden overleggen over geëigende wijzen van het oproepen tot melden, en de Cie. informeren over het beeld dat bij ons begon te ontstaan van wat meisjes in instellingen van zustercongregaties en - ordes was aangedaan, en van een patroon dat wees op bepaalde parochies waar decennialang misbruik van meisjes had plaatsgevonden. Na langdurig aandringen zijn wij pas in februari 2013 uitgenodigd voor een gesprek met de heer Deetman. Mosterd na de maaltijd: het tweede onderzoeksrapport lag inmiddels bij de drukker. Daar werd ons ook gezegd dat verder contact met Deetman na publicatie van het rapport niet mogelijk was. We werden niet op de hoogte gesteld van het voorgenomen overleg met BC en KNR over de vorm die de mediatie zou aannemen.
De Doelgroep: Meisjes in instellingen
In 1947 zat 18.7 % van de rk meisjes in internaten of tehuizen. In 1970 was dat aantal gedaald tot minder dan 2 %. daar geplaatst door ouders, door voogden, door de kinderbescherming of door de rechter.
In een aantal instellingen van zustercongregaties zijn meisjes langdurig en zwaar mishandeld. Zij zijn excessief gestraft, veelal voor onbeduidende overtredingen of zonder enige aanleiding. Zij zijn met voorwerpen geslagen, naakt buiten in de kou gezet, in koud water gezet, in het donker opgesloten. Ze werden gedwongen te eten en moesten hun braaksel opeten. Hun werd contact met de ouders onthouden. Niet zelden was de mishandeling seksueel van aard: slaag op de geslachtsdelen, langdurig en hardhandig 'wassen' van de geslachtsdelen, hardhandig 'intern onderzoek'. Ze werden vernederd zoals ook de zusters zelf in hun noviciaat vernederd waren
Bijzonder slecht was de situatie voor meisjes die gezien werden als 'gevallen meisjes':zij moesten boeten. Vaak moesten zij onder zware omstandigheden arbeid - ook industriële arbeid - verrichten, zonder loon, zonder adequaat toezicht op de arbeidsomstandigheden. Er zijn meisjes geweest die zijn gedwongen afstand te doen van hun kind.
Lang niet in alle instellingen van zustercongregaties ging het er altijd slecht aan toe. Maar grote groepen meisjes die jarenlang, soms hun hele jeugd, aan de zorg van vrouwelijke religieuzen waren toevertrouwd, groeiden op in een sfeer van geweld, vernedering, intimidatie en sociaal isolement.
Gevolgen meisjes in instellingen
Veel van hen ervaren de gevolgen nog tot op de dag van vandaag. Zij hebben lichamelijk, psychisch en sociaal veel schade geleden en leven sinds hun jonge jaren met de last van een geschiedenis die niet verteld mag worden. Toen de mannen, de een na de ander, naar buiten kwamen met hun verhaal over misbruik herkenden de vrouwen zich niet in die verhalen en meldden zich nog niet. Pas na het onderzoek zagen zij, door de eerste verhalen van vrouwen in de media, dat het ook over hun gaat. Wij spreken nog steeds vrouwen die voor het eerst vertellen over hun jeugd. Hoe de Cie. Deetman is omgegaan met de - weinige - meldingen die zij hebben ontvangen, kunt u lezen in onze publicatie 'Oorspronkelijke meldingen'; de vrouwen herkennen hun geschiedenis niet in de weergave.
Misbruik in parochies
In sommige parochies kon een pastoor of een ander kerkelijk medewerker lange tijd het ene na het andere kind misbruiken. Vaak was dit misbruik zeer ernstig en duurde het jaren lang. Soms ging het hierbij om een 'publiek geheim' - in de parochie was bekend dat de pleger 'zijn handen niet kon thuishouden' maar niemand beschermde de kinderen tegen hem. Er zijn ook meisjes die in hun eigen huis misbruikt werden, als een geestelijke een familieband had met het gezin of het kind bijles kwam geven. Ook in deze situaties ging het veelal om ernstig en langdurig misbruik. Al tijdens het eerste onderzoek van de Cie. Deetman hebben zich meerdere vrouwen gemeld om dergelijk misbruik. In allebei de rapporten van de Cie. is hier hoegenaamd geen aandacht aan besteed. Seksueel misbruik in door religieuzen geleide instellingen is een zaak van het verleden, omdat (in Nederland) zulke instellingen niet meer bestaan. Maar parochies bestaan er nog wel, ook kleine en besloten parochies. De onderzoeken van de Cie. Deetman hebben er niet toe bijgedragen de ogen te openen voor wat in deze parochies, ook vandaag nog, aan kinderen kan worden aangedaan.
Geweld
Anders dan door mannelijke geestelijken gepleegd misbruik wordt seksueel misbruik door vrouwelijke geestelijken vaak niet als zodanig herkend en benoemd. Het gaat niet of nauwelijks om 'ongewenste seksuele toenaderingen' maar om regelrecht agressieve benaderingen. Wat meisjes - en jonge jongens - in instellingen van vrouwelijke religieuzen werd aangedaan, valt niet helder onder te verdelen in de gebruikelijke categorieën kindermishandeling: seksueel misbruik, lichamelijke en psychische mishandeling, en verwaarlozing.
Er is zeker sprake geweest van lichamelijke en psychische mishandeling, van excessief en regelmatig sadistich geweld, van onbegrensde vernedering. Wat veel te weinig wordt onderkend is dat veel van dit geweld zich richtte tegen de seksuele integriteit van het slachtoffer. In een cultuur waar naaktheid taboe is, beladen met zonde, waar kinderen ook in bad nog gedeeltelijk gekleed moeten gaan ter bescherming van de zedigheid, waar alles gedaan wordt om te voorkomen dat meisjes iets van hun kinderlijf of opgroeiende lijf zien, laat staan voelen – werden kinderen gedwongen zich voor een zuster te ontkleden, publiek ten toon gesteld, op de naakte billen geslagen, naakt in koud water gezet en hardhandig op die zondige plekken 'gewassen'. Dit zijn onmiskenbaar vormen van seksueel geweld. Er is geen enkele reden om aan te nemen dat dergelijk seksueel geweld minder schadelijk is dan wat tot nu toe als seksueel misbruik bekend was.
Seksueel geweld door vrouwelijke religieuzen: erkennen
Er is ook geen enkele reden waarom vrouwen die er slachtoffer van waren, anders behandeld zouden moeten worden dan mannen die het slachtoffer waren van misbruik door een mannelijke religieus. Als er in de afhandeling van klachten al onderscheid gemaakt moet worden tussen 'gewone' en 'seksuele mishandeling', dan moet daarbij als uitgangspunt genomen worden wat het effect ervan is op het slachtoffer, en niet de vraag of de pleger er al dan niet seksuele lust aan beleefde.
Tot nu toe niet ontvankelijk
Tot nu toe hebben mensen die slachtoffer zijn geworden van dergelijk seksueel geweld door vrouwelijke religieuzen bij de Klachtencommissie geen of nauwelijks gehoor gevonden. Weinig vrouwen hebben zich bij het Meldpunt gemeld, vooral omdat maar weinig vrouwen begrepen dat die meldingsmogelijkheid voor hen openstond, zoals ook maar weinig vrouwen begrepen hebben dat zij zich bij de eerste of de tweede Cie. Deetman konden melden. Zij die zich wel bij het Meldpunt meldden, kregen niet zelden al meteen te horen dat zij niet in aanmerking kwamen voor een klachtenprocedure. Wanneer zij wel een klacht wisten door te zetten, werd deze meestal niet ontvankelijk verklaard omdat het naar het oordeel van de klachtencommissie geen seksueel misbruik betrof.
Nieuwe regeling: deelname beperkt door de aanpak van het onderzoek
Voor de vrouwen die zich bij de Cie. Deetman of bij het Meldpunt hebben gemeld, is er nu de nieuwe 'Regeling Hulp, erkenning en genoegdoening voor geweld tegen minderjarigen in de Rooms-Katholieke kerk'. Let wel: deze regeling staat uitsluitend open voor hen die zich al hebben gemeld en wel vóór 15 oktober jl., de datum dat de Uitvoerende commissie, de 'Commissie Kalbfleisch' haar uitvoerende werkzaamheden zou beginnen. Wij hebben de commissie erop gewezen dat er een langere meldtijd nodig was en goede media aandacht vooraf, en dat er bij vrouwen een ander proces voorafgaat aan het op schrift verwoorden van de ervaringen dan bij mannen.
Wij hebben hier geen gehoor voor gevonden en werden zelfs actief gehinderd om als vrouwen op het juiste moment contact met de media te zoeken. Er hebben zich dus maar een zeer beperkt aantal vrouwen gemeld. Van de doelgroep beschikt een groot deel niet over internet.
Nu blijkt dat de regeling niet openstaat voor vrouwen die zich niet aangesproken hebben gevoeld, geen internet hadden of voor vrouwen die er niet in slaagden voor sluitingsdatum een serieuze schriftelijke melding voor te bereiden.
Regeling biedt geen erkenning
De wijze van afhandeling waarin de regeling voorziet, kan niet tot erkenning leiden. Ze is nog slechter dan de terecht als inadequaat beoordeelde klachtenregeling voor seksueel misbruik zoals die vóór 2010 bestond. Om maar iets te noemen: de "bovenmatigheid" van geweld moet onder andere aannemelijk worden gemaakt in die zin dat "het geweld niet bedoeld was om op te voeden of te corrigeren, maar om het kind leed toe te brengen" (art. 2 van de Regeling).. Het meeste geweld werd als 'straf' gelegitimeerd - desnoods als straf voor de zogenoemde 'zondige neigingen' zoals het slapen met de handen onder de dekens of zware overtredingen als bedplassen of het proberen contact te leggen met een zusje op een andere afdeling.
Bij wijze van 'erkenning' ontvangen de 'goedgekeurde' melders een "op naam gestelde brief van de voorzitter van de Contactgroep waarin namens de Bisschoppenconferentie en de Konferentie Nederlandse Religieuzen spijt wordt betuigd en excuses worden aangeboden" (zie art. 3). Dat kan dus een standaardbrief zijn, waarbij de voorzitter van de Contactgroep of zijn secretaresse wordt gewezen op de plicht de naam van de melder te juister plekke in moet voeren en te ondertekenen. De brief wordt door deze, voor de meeste Nederlandes onbekende persoon gestuurd, namens BC en KNR, instanties die vreemd zijn zelfs voor mensen die goed katholiek zijn opgevoed. Wat hebben voormalige slachtoffers van dit geweld daar aan? Erkenning vraagt de geschiedenis van geweld en de gevolgen onder ogen zien in persoonlijke betrokkenheid en handelen vanuit besef van verantwoordelijkheid. Een praktisch anonieme brief, al dan niet 'op naam gesteld', wordt niet als erkenning ervaren.
De compensatiebedragen roepen vragen op. De bedragen staan in geen enkele verhouding tot het geleden leed. Ze staan ook in geen enkele verhouding tot de bedragen die worden uitgekeerd in het kader van de klachtenprocedure en de herstelbemiddeling. Ze lijken ook niet gebaseerd te zijn op bedragen die in vergelijkbare rechtszaken aan slachtoffers worden toegekend.
De termijn waarbinnen de werkzaamheden van de Commissie Kalbfleisch moeten worden afgerond is tweeëneenhalve maand, van 15 oktober jl. tot 1 januari 2014. Binnen anderhalve maand, voor 30 november, moet al geïnventariseerd zijn welke klachten voor behandeling in aanmerking komen. Zelfs als de commissie maar enkele honderden klachten te beoordelen zal hebben, zal in zo'n korte tijd zorgvuldige, aandachtige behandeling niet haalbaar zijn.
Tenslotte vragen wij ons vol verbazing af waarom de Commissie Kalbfleisch uit uitsluitend mannen bestaat, nu verwacht mag worden dat minstens een groot deel van de melders vrouwen zijn. De Commissie moet de authenticiteit van de meldingen beoordelen; naar onze mening en naar maatstaven van deze tijd vraagt dit beslist mede inbreng van vrouwelijke commissieleden. Wij vragen ons met zorg af wat op dit gebied de expertise is van mr. Kalbfleisch en het Arnhemse VVD-raadslid dr. Westra.
Conclusie
In 1947 zat 18.7 % van de rk meisjes in internaten of tehuizen. In 1970 was dat aantal gedaald tot minder dan 2 %. daar geplaatst door ouders, door voogden, door de kinderbescherming of door de rechter. Geen van die partijen kwam echter op voor hun rechten en hun veiligheid.
Kinderen kwamen in extreme levenssituaties terecht.
Als 1 op de 5 kinderen door langdurig ernstig geweld en eenzaamheid gebroken raakten, dan moeten er tien tot twintigduizend vrouwen nu lijden aan de levenslange gevolgen daarvan.
Enkele duizenden vrouwen zijn seksueel misbruikt, in de tehuizen of internaten, en in de parochies en familie-omgeving. Dit alles leert ons dit rapport in elk geval wel.
Velen van hen zoeken nu contact met iemand die met belangeloze interesse luistert naar hun geschiedenis. Het maakt niet uit wie dat is, als het maar belangeloos is en verder leidt, naar maatschappelijke erkenning en erkenning door de verantwoordelijke organisaties.
Na enkele gesprekken raakt het isolement verlicht, de innerlijke gevangenis gaat open.
Het onderzoek
Het onderzoek heeft een belangrijk deel van de doelgroep niet bereikt, naar veel melders is niet geluisterd, de weergave van een te groot aantal meldingen wijkt af van de melding. Nu blijkt de regeling verbonden met die in aantal en kwaliteit beperkte meldingen.
De regeling
De regeling die geconstrueerd is getuigt niet van moed om het verleden onder ogen te zien. We dachten dat het onderzoek het verleden zichtbaar zou maken en dat er nu wegen tot erkenning voorgesteld zouden worden.
Nieuw perspectief
We waren geschokt en verlamd toen we begrepen hoe dit werk is uitgevoerd in overleg met BC en KNR: de belangen van vrouwen zijn hierdoor geschaad.
We willen dat achter ons laten en verder. Daarom wenden wij ons tot uw commissie. Net zo min als je een geboorte proces kan “bedenken” vanuit efficiency normen, kun je een proces van erkenning op die basis bedenken. Voor erkenning is nu eenmaal contact nodig tussen mensen. Ook goed onderzoek begint met luisteren naar melders. Dat moet voor een belangrijk deel nog gebeuren, en daar werken wij aan. Een subsidieaanvraag voor oral history ligt klaar, twee bekende Nederlandse schrijfsters werken aan een boek met twintig interviews, over deze de geschiedenis mag gesproken worden.
Vragen
Wij verzoeken u daarom ons streven naar verder onderzoek m.b.t. de geschiedenis van minderjarige meisjes binnen de RK kerk te ondersteunen. Wij vragen u:
1. bij te dragen aan de bewustwording van nut en noodzaak van erkenning van aard, ernst en gevolgen van dit misbruik en geweld bij verantwoordelijke kerkelijke organisaties, met name van vrouwelijke religieuzen. Dit proces is bij een aantal organisaties van vooral mannelijke religieuzen inmiddels op overtuigende wijze op gang gekomen;
2. u (nader) op de hoogte te stellen van de kwaliteit van processen van erkenning en genoegdoening, die zich de afgelopen jaren heeft ontwikkeld ten bate van een aantal mannen die in hun jeugd te maken hebben gehad met misbruik en, in het geval van herstelbemiddeling, mishandeling;
3. inzicht te bevorderen in de willekeurige onderscheiden die worden gehanteerd voor de beoordeling van seksueel misbruik enerzijds en ander tegen de seksuele integriteit gepleegd geweld anderzijds. Hetzelfde voor het onderscheid tussen seksueel misbruik enerzijds en andere vormen van mishandeling anderzijds;
4. te bevorderen dat de verantwoordelijke kerkelijke organisaties gelijkwaardige processen van erkenning en genoegdoening ter beschikking stellen aan vrouwen die in hun jeugd slachtoffer zijn geworden van verschillende vormen van misbruik en geweld;
5. te onderzoeken hoe het tweede rapport van de Cie. Deetman tot stand is gekomen, in het bijzonder hoe het heeft kunnen gebeuren dat er zo weinig meldingen zijn binnengekomen en of er gedegen onderzoek heeft plaatsgevonden naar de wel binnengekomen meldingen;
6. te onderkennen dat de 'Regeling Hulp, erkenning en genoegdoening voor geweld tegen minderjarigen in de Rooms-Katholieke kerk' niet toereikend is: omdat zij:
a) slechts beschikbaar is voor wie zich voorheen hebben gemeld bij het Meldpunt Seksueel Misbruik RK Kerk en/of de Cie. Deetman,
b) inhoudelijk teveel ruimte laat meldingen niet in behandeling te nemen,
c) slechts voorziet in een onpersoonlijke, schriftelijke spijtbetuiging, en
d) slechts voorziet in lage financiële compensaties waarvan onduidelijk is waarop deze zijn gebaseerd;
7. en ten slotte te bevorderen dat het werk van het VPKK gefinancierd wordt op gelijke wijze als het werk van KLOKK – van overheidswege – is gefinancierd.
Namens het VPKK
Annemie Knibbe
Maud Kips
29 oktober 2013
Beste vrouwen,
Graag willen we jullie op de hoogte houden over de VPKK Vrouwen Lotgenotendag van 20 april.
Het programma is bijna rond en de locatie is geregeld.
Het programma begint om 10.00uur. Binnenlopen vanaf 09.30u.
De koffie/thee staat klaar, net als wij om jullie te ontvangen.
Om 17.00u zwaaien we jullie uit.
De locatie:
We hebben een mooie en vriendelijke locatie gevonden met verschillende ruimten gelegen aan het centraal station van Utrecht.
Als je met de trein komt hoef je niet eens meer naar buiten als het regent. Via het winkelcentrum loop je er in nog geen vijf minuten heen.
Kom je met de auto dan kun je onder het winkelcentrum parkeren.
De locatie is rolstoeltoegankelijk en –vriendelijk.
Na aanmelding zullen we adres, routebeschrijving etc. toesturen.
Het programma:
Het programma is nog niet helemaal rond, maar we kunnen jullie al wel vertellen dat we in de ochtend in de grote zaal zullen zijn voor informatie, presentaties en een lezing.
In de middag, na de lunch is er ruimte voor het delen van ervaringen in kleine groepen, een programma voor partners/begeleiders en een workshop over trauma en verwerking.
Om 16.00 komen we weer samen in de grote zaal voor een informeel samen zijn met een hapje en een drankje.
Uiteraard is er de hele dag gelegenheid voor informele ontmoetingen, om je af en toe terug te trekken op rustige plekken of een gesprek met één van de vrijwilligers/buddy’s die ook aanwezig zullen zijn.
Een begeleider:
Wanneer u een vertrouwd iemand mee wilt brengen, dan zijn ook zij welkom op deze dag.
Voor hen bestaat er de mogelijkheid om in de middag een op partners/vrienden/kinderen toegespitst programma te volgen.
Verhalen delen:
In de middag is voor jullie als lotgenoten gelegenheid om in kleine groepen jouw verhaal te delen of te vertellen hoe het nu met je gaat en waar je tegenaan loopt in je huidige leven. Uiteraard is de aanwezigheid van partners/begeleiders in deze kleine groepen niet mogelijk ivm het gevoel van veiligheid bij de andere vrouwen.
Verder heeft de ervaring heeft ons geleerd dat het prettig is om in de groepen onderscheid aan te brengen tussen vrouwen die seksueel misbruikt zijn door mannen en vrouwen die seksueel- fysiek- en/of psychisch geweld ervaren hebben door nonnen. Dit maakt het voor een aantal van jullie veiliger en prettiger. De groepen zullen niet groter zijn dan 12 personen en worden begeleid door 2 ervaringsdeskundige vrouwen.
Lunch:
Jullie en jullie begeleiders wordt een lunch aangeboden. Volg je een dieet of heb je last van voedsel allergieën, laat ons dat dan zo spoedig mogelijk weten. Geef duidelijk aan wat je niet mag eten: Lactose/gluten/suiker/zout/noten.
De keuken heeft geen probleem hiermee rekening te houden, maar moeten het tijdig weten.
Aanmelden:
We vragen van jullie een spoedige aanmelding, het liefst vóór 15 april. Voor de keuken is dit beslist noodzakelijk ivm diëten.
Vermeld ook de naam van degene met wie je komt en eventueel wat jouw relatie met deze persoon is.
Kennismaken:
De meeste van jullie hebben al eens met één van ons gesproken, zo kom je niet als vreemde binnen. Dat is prettig voor jezelf en ook voor ons. Mocht je nog niet eerder contact hebben gehad met ons, dan is het prettig om even (telefonisch) kennis gemaakt te hebben. Je komt dan niet helemaal vreemd binnen op deze dag, dat maakt het beslist een stukje gemakkelijker. Neem telefonisch contact op met Annemie Knibbe, 043-3620987 of 06-53393818 – maandag, dinsdag, woensdag en vrijdag van 9.00 tot 17.00
Ken jij vrouwelijke lotgenoten die je kennis wilt laten maken met het VPKK en de lotgenoten, nodig deze vrouwen dan uit zich bij ons te melden. Natuurlijk zijn ook zij welkom op deze dag.
Tot slot:
Wanneer er voor de 15de april nog nieuws te melden is dan sturen we jullie nog een mail. Wanneer je jezelf al aangemeld hebt voor deze dag, maar ook een begeleider mee wilt brengen, vergeet dan niet die aan te melden.
In de week van 15 april krijgen degene die zich aangemeld hebben het programma en de routebeschrijving toegestuurd.
Heb je nog praktische vragen of opmerkingen over deze dag of naar aanleiding van dit bericht, laat het dan weten aan Marie Louise.
Je kunt haar per mail bereiken: Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.
of haar even bellen: 026-8487916 06-14441075
Voor nu een warme groet!
Annemie, Marie Louise, Maud, Marjan, Pascale
Download: Brief in PDF
Het VPKK organiseert op 20 april haar 1ste Vrouwen Lotgenotendag
Download hier de folder: Vrouwen Lotgenotendag
Aanmelden per mail: Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.
Telefonisch aanmelden: Annemie, 043-3620897 06-53393818 (ma, di, woe en vrij van 9.00 tot 17.00u)
Aanmelden per post: VPKK, Schubertlaan 5, 6815 HH Arnhem
Op maandag 11 maart presenteert de onderzoekscommissie onder leiding van de heer Deetman het vervolgonderzoek naar misbruik binnen de RK kerk. Dit onderzoek heeft de titel "Seksueel misbruik van en geweld tegen meisjes in de Rooms Katholieke kerk". Om 14.00 uur zal het rapport gepubliceerd worden op de website van de onderzoekscommissie.
Link naar de website: www.onderzoekrk.nl